De term “vluchteling” is van toepassing op “elke persoon die uit gegronde vrees voor vervolging wegens zijn ras, godsdienst, nationaliteit, het behoren tot een bepaalde sociale groep of zijn politieke overtuiging, zich bevindt buiten het land waarvan hij de nationaliteit bezit, en die de bescherming van dat land niet kan of, uit hoofde van bovenbedoelde vrees, niet wil inroepen”.
Het verlenen van asiel in een vreemd land aan personen die op de vlucht slaan voor vervolging is een van de oudste pijlers van onze beschaving. Zo’n 3.500 jaar geleden al, onder de grootmachten uit de klassieke Oudheid in het Midden-Oosten – de Hittieten, Babyloniërs, Assyriërs en Egyptenaren – werd in geschriften naar dergelijke asielpraktijken verwezen. Meer dan drieduizend jaar later is de bescherming van vluchtelingen de kernopdracht van de VN-vluchtelingenorganisatie, die speciaal werd opgericht om de internationale bescherming van vluchtelingen te verzekeren.
Stedelijke vluchtelingen
Niet alle vluchtelingen leven in vluchtelingenkampen: ruim de helft van de vluchtelingen leeft in stedelijk gebied. Ze zoeken daar bescherming en werk, maar worden vaak uitgebuit of gearresteerd en kunnen niet in hun levensonderhoud voorzien. Hulpverlening is lastig omdat stedelijke vluchtelingen vaak niet geregistreerd zijn en in anonimiteit leven.
UNHCR zoekt steeds naar nieuwe vormen van samenwerking met steden en gemeenten, lokale maatschappelijke organisaties en andere instanties om gepaste hulp te kunnen bieden aan vluchtelingen die in de stad verblijven.
Iedere vluchteling, zowel in de steden als in vluchtelingenkampen, heeft dezelfde rechten. Landen van opvang hebben de verplichting om mensen die gevlucht zijn voor vervolging, geweld of oorlog te beschermen en hun status als vluchteling te respecteren.