De pijn die je niet kunt aanraken is het moeilijkst te genezen

UNHCR besteedt steeds meer aandacht aan mentale zorg en steun aan vluchtelingen. Het gaat daarbij niet alleen om traumaverwerking. Als je mensen weer in hun kracht zet, kunnen ze gemakkelijker op eigen benen staan en zijn ze minder (lang) afhankelijk van hulpverlening.

Twee jonge vrouwen in gesprek in vluchtelingenkamp Imvepi in Arua, Noord-Oeganda. Foto: © UNHCR/Moses Odida Latigo

Dit verhaal komt uit het UNHCR Magazine 2019 – Najaar.

 

Het is 2015. Karim Albrem zit met zijn moeder en broertje aan tafel in zijn woonplaats Aleppo, Syrië. Hij hoort een zachte fluittoon in korte tijd aanzwellen. Er klinkt een harde knal. Voordat Karim beseft wat er is gebeurd, hoort hij zijn moeder gillen en ziet hij bloed uit het hoofd van zijn broertje gutsen. Hij ziet dodelijke slachtoffers op straat, ledematen van mensen die nauwelijks meer herkenbaar zijn en de lichamen van zijn buren tussen het puin.

Het gaat niet

Karim probeert door te gaan met zijn leven, net als de rest van zijn familie. Hij studeert economie aan de universiteit van Aleppo en Engels zodat hij later mensen in conflictgebieden kan helpen. Maar het gaat niet. Het lukt hem nauwelijks meer te slapen.

Nachtmerries en extreme spierspanning in zijn lichaam houden hem wakker. Karim raakt steeds vermoeider en gespannen. Dokters kunnen hem niet verder helpen. Dan besluit zijn vader dat het zo niet langer gaat. Met wat geld zet hij Karim op de bus naar Libanon. Van daaruit reist hij door naar Turkije.

Doodsangsten

“Ik kon samen met twee kinderen een plekje op een boot krijgen naar Europa. Ik zag geen andere uitweg, en stapte met hen op de boot,” vertelt Karim. Hij staat doodsangsten uit en komt uiteindelijk veilig aan in Europa. “In Duitsland bleef het slecht gaan. Ik bleef me onveilig voelen en heel gespannen. Mensen zeiden tegen me: ‘Je bent hier echt veilig. Er kan je hier niets gebeuren. Probeer te ontspannen’. Maar het lukte niet.”

Karim (middenvoor) als hij net via de Middellandse Zee is aangekomen in Europa. “Ik zag geen andere uitweg.” Privé foto van Karim Albrem

Mentale gezondheidszorg en psychosociale ondersteuning is geen luxe. Je kunt pas een stabiele gemeenschap bouwen als dit bij mensen ook op orde is.”

Alles wordt anders als hij vanuit het asielzoekerscentrum een opleiding mag doen tot psychosociaal dienstverlener. Tijdens de opleiding komt hij erachter dat zijn nare ervaringen de oorzaak zijn van de spierspanning in zijn lichaam. “Met oefeningen leerde ik mij te ontspannen. Ook heb ik geleerd dat je je niet hoeft te schamen voor wat je hebt meegemaakt. Dat er meer mensen zijn die met hetzelfde worstelen. En dat het juist heel fijn is om daar met iemand over te kunnen praten. Zeker met mensen die dezelfde taal spreken en weten waar je het over hebt.”

Niet zichtbaar

Karim heeft zijn ervaringen een plek kunnen geven. Het is niet weg, en je ziet aan zijn gezicht dat hij het nog steeds moeilijk vindt om erover te vertellen. “Ik weet er nu mee om te gaan.” Hij wil dat er meer aandacht komt voor dit onderwerp. In oktober organiseerde Sigrid Kaag, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, een tweedaagse conferentie over mentale gezondheidszorg in crisissituaties. Karim mocht daar ook zijn verhaal vertellen. “Het is pijn die niet zichtbaar is, die je niet kunt aanraken en het moeilijkste is om te genezen. Maar om weer verder te kunnen met je leven, is hulp hierin echt nodig,” pleit Karim.

Peter Ventevogel, Senior Mental Health Officer van UNHCR, is het hier helemaal mee eens. “Er wordt nog te vaak gedacht dat mentale hulp alleen nodig is bij zware trauma’s. Maar psychosociale hulp kan er voor zorgen dat mensen bijvoorbeeld veel sneller weer zelfredzaam worden en minder lang afhankelijk zijn van hulpverlening.”

 

Ervaringsdeskundigen

Daarom is UNHCR deze vorm van steun steeds verder aan het uitrollen. Dit kan op meerdere manieren. “We betrekken bijvoorbeeld vluchtelingen het liefst vanaf het begin bij hun opvang. Ze denken met ons mee over hoe en waar we tenten of andere vormen van onder dak plaatsen, wat goede plekken zijn voor voorzieningen en hoe deze te beheren,” vertelt Ventevogel.

“We zijn nu ook bezig met het opleiden van vluchtelingen tot ervaringsdeskundigen. Als zij een korte training krijgen, kunnen zij andere vluchtelingen steun bieden als ze het moeilijk hebben. Het is gek dat er niet eerder meer aandacht is geweest voor deze vorm van hulpverlening. Mentale gezondheidszorg en psychosociale ondersteuning is geen luxe. Je kunt pas een stabiele gemeenschap bouwen als dit bij mensen ook op orde is.”